Tussentijdse evaluatie van het programma Uitkomstgerichte Zorg
Als onderdeel van de pilot ‘Lerend evalueren’ vroeg het ministerie van VWS SiRM de ex durante evaluatie van lijn 1 van het programma Uitkomstgerichte Zorg uit te voeren. We voerden de evaluatie in drie jaar uit. Elk jaar doorliepen we een cyclus waarin we het beleid van VWS in kaart brachten, de reactie van het veld en VWS zelf hierop peilden en tenslotte suggesties deden om het beleid bij te sturen.
Het programma Uitkomstgerichte Zorg komt voort uit de ambitie van VWS om de uitkomsten van de zorg voor de helft van de ziektelast in Nederland inzichtelijk te maken voor 2022. Inzicht in uitkomsten is voor zowel patiënten als zorgverleners relevant, om samen voor de best passende behandeling te kunnen kiezen. Het programma bestaat uit vier ontwikkellijnen. SiRM voerde in het kader van de pilot ‘Lerend evalueren’ een ex durante evaluatie uit naar de rol van VWS in ontwikkellijn 1 ‘Meer inzicht in uitkomsten’.
De ex durante evaluatie voerden we uit door jaarlijks, gedurende drie jaar, het beleid van VWS in kaart te brengen, de reactie van het veld hierop te peilen, inzichten hierover te verkrijgen en tenslotte – indien nodig – suggesties te doen om het beleid bij te sturen. Hiervoor hielden we interviews en diverse bijeenkomsten met VWS en veldpartijen, zetten we een online vragenlijst uit, en analyseerden we beschikbare uitkomstindicatoren.
Na het eerste jaar constateerden we dat de beleidsbeslissingen van VWS grotendeels in goede aarde vielen bij het veld. Veldpartijen vonden het bijvoorbeeld een goede zet dat de inhoudelijke regie van ontwikkellijn 1 bij de veldpartijen is gelegd en dat het Zorginstituut hen daarbij ondersteunt. Desalniettemin vraagt deze samenwerking om duidelijke onderlinge afspraken, bijvoorbeeld over de mate van transparantie van uitkomsten.
We constateerden ook dat de verwachtingen van veldpartijen ten aanzien van de rol van VWS in ontwikkellijn 1 niet altijd aansluiten bij de huidige opzet van het programma. Wij adviseerden daarom bijvoorbeeld actief samenhang aan te brengen met andere initiatieven en criteria op te stellen voor de te ontwikkelen indicatorensets.